Zeilplan Schollevaer, uit De Zeilsport, H.C.A. van Kampen
Het bouwnummer van deze stalen Lemsteraak was 344, de ontwerper H. Kersken Hzn en de opdrachtgever W. Bruynzeel uit Zaandam.
De afmetingen waren als volgt: lengte over alles 13.85 meter, breedte 4.35 m en de diepgang 0.97 meter.
Afmetingen van de zeilen: grootzeil: 65 m2; fok: 31.5 m2; kluiver: 15.5 m2. Totaal: 112 m2. Vissermansfok: 43 m2. Het zeilnummer was I OADe stalen romp had boven de waterlijn een dikte van 5 mm en onder de waterlijn een dikte van 6 mm. Onder de waterlijn waren de platen gelast en erboven geklonken.
De hulpmotor was een Hercules dieselmotor. “Schollevaer” is een oude benaming voor Aalscholver.
Bouwgeschiedenis
In het begin van 1938 verkocht W. Bruynzeel, directeur van de Bruynzeel fabrieken in Zaandam, zijn acht jaar oude Lemsteraak, die de naam “Schollevaer” droeg, aan Dr. G. Merton te Londen. Tegelijkertijd gaf Bruynzeel aan H. Kerksken Sr., die ook het eerste schip had ontworpen, de opdracht om een iets groter schip van hetzelfde type te ontwerpen.
Deze Lemsteraak, die ook weer “Schollevaer” zou gaan heten, werd gebouwd op Scheepswerf “De Vlijt” in Aalsmeer. Het was voor de werf het eerste ronde vaartuig van deze afmetingen.
Met de bouw werd begonnen in de werkweek van 26 februari tot 4 maart 1938.
In de zomer van dat jaar werd de “Schollevaer”, zoals blijkt op de foto’s uit het werfarchief, op een prachtige dag te water gelaten. Daarbij was een groot deel van de familie Bruynzeel aanwezig.
30 augustus 1938: doop van de Schollevaer door een van de dochters. De prijs van de fles champagne was ƒ 3,50
Op 10 september 1938 was het schip gereed en werd er proefgevaren. Er zijn twee foto’s bewaard van de bouwers Henk en Joh. de Vries tijdens deze proefvaart aan boord van de “Schollevaer”.
In het lijnenplan is te zien dat het achterschip enigszins ‘gepiekt’ was gemaakt. Het vlak staat hier niet loodrecht op de scheg, maar loopt er met een korte bocht in over. Het doel hiervan was om de schroef zo laag mogelijk te krijgen. Inderdaad bleek tijdens een stormtocht over de Zeeuwse wateren dat de schroef nooit boven water sloeg.
Het schip was onderwater niet geklonken maar gelast. Het voordeel hiervan was dat het onderwaterschip glad bleef. Bovendien sloot de huid goed op de spanten waardoor roestvorming werd tegengegaan. Boven water werd de huid wel geklonken. De ontwerper wilde de lijnen, gevormd door de naden tussen de staalplaten, vooral in de kop en het achterschip, duidelijk zichtbaar laten.
Het schip was door twee waterdichte schotten in drie compartimenten verdeeld: kuip, kajuit en vooronder.
Het stuurrad was afneembaar en kon in vijf minuten door een helmstok worden vervangen. Bruynzeel zelf zeilde het liefst met de helmstok, maar voor zijn kinderen vond hij de besturing met een stuurwiel minder zwaar.
Alles was gedaan om het geluid van de 4 cilinder Hercules-dieselmotor te beperken. De hele machinekamer was bekleed met geluidsabsorberend materiaal dat coustic-pad werd genoemd. De uitlaat was van twee knalpotten voorzien: een gewone expansie knalpot en een Burgess-knalpot. De gassen gingen hier door een doorzeefde pijp met geluiddempend materiaal eromheen. De motor was in rubber opgehangen en door een flexibele koppeling aan de schroefas verbonden.
De twee brandstoftanks werden aan weerszijden van het schip geplaatst. Door middel van een pijp waren deze met elkaar verbonden, vanuit het midden van de pijp liep de leiding naar de motor. Deze constructie had het risico dat tijdens het zeilen de loeftank leeg zou lopen in de tank aan de lijzijde. Om dit te voorkomen rolde in de verbindingsbuis een kogeltje heen en weer, dat steeds de aan de lijzijde gelegen tank afsloot. Hierdoor werd alleen brandstof uit de loeftank gebruikt, deze oplossing bleek in de praktijk goed te werken.
Om tijdens het zeilen de snelheid te kunnen bepalen was aan boord een Kenyon-snelheidsmeter gemonteerd.
Slot
De familie Bruynzeel heeft jarenlang met de “Schollevaer” gezeild, maar uiteindelijk werd de Lemsteraak omstreeks 1963 verkocht en kwam in Amerika terecht. Daar heeft het schip tot ongeveer 1987 gevaren.
Daarna kwam de “Schollevaer” weer naar Nederland terug, waar het sindsdien onder verschillende eigenaren nog steeds onder de oorspronkelijke naam op het water te zien is.
I used to own this boat…can anyone tell me where she is now?
Dear Annie
I own this boat now for many years and use her a lot. the boat is in pristine condition.
If you give me your email adress I will send you some pictures
regards
Marcel Fruytier
Dear Annie
I am now the owner of this boat since 7 years
give me your email than I will send you some pictures
regards
MRCEL FRUYTIER