Crisisjaren
Babymotorkruiser “Kikker”, voorjaar 1934 achter de scheepswerf
In de crisisjaren tussen 1929 en 1938 werden ongeveer negen kleine, houten motorkruisertjes naar ontwerp van H.W. de Voogt gebouwd op scheepswerf “De Vlijt. De lengte was meestal 6 meter en de breedte 2 meter, ze werden gebouwd van mahoniehout of teak. De spanten en de overige constructiedelen waren van eikenhout. Het waren kajuitbootjes met een open cockpit en een ingebouwde motor, bijvoorbeeld een Albin of een Morris van 12 paardenkrachten.
De prijs schommelde tussen de ƒ 1400 en ƒ 1900. Deze kleine motorjachtjes werden aangeduid met de naam “Baby Motorkruisers”.
De eerste
De eerste Baby Motorkruiser werd in 1933 gebouwd voor de heer Kempers uit Aalsmeer.
In de werfboeken werd dit schip nog aangeduid als ‘Motorkruiser’. Uit het hieronder geciteerde artikel blijkt dat dit scheepje toch bij de Baby Motorkruisers moet worden gerekend. Bovendien noteerde H.S. (Henk) de Vries Sr. bij zijn commentaar op de bouwnummerlijst het volgende: ‘Baby kruiser, (Kempers), ƒ 1380,–, bouwnummer 363.’
De folder die de werf ter gelegenheid van de Hiswa-tentoonstelling van 1935 uitgaf, beschrijft duidelijk de redenen waarom men in deze crisisjaren dit type scheepje op de markt bracht.
‘ De zeer lage aanschaffingsprijs, eenvoudig onderhoud, economisch in gebruik, zijn motieven geweest bij de opzet van deze boot.’ Waarschijnlijk om de kleinheid van het scheepje te benadrukken staat in de folder met grote letters als de naam vermeld: “Colibri”.
Hiswa-folder 1936, rechtsonder de “Colibri”
In de Hiswafolder van 1936 komt opnieuw een Baby Kruiser voor, de foto toont de tweede die gebouwd werd en die de naam “Kikker” kreeg. Ook nu weer verklaarde de tekst duidelijk de reden van de bouw en voegde er de garantie aan toe: ‘Voor minimum kosten toch nog maximum genot.’
“Kikker”
De “Kikker”, werfvolgnummer 368, werd in het voorjaar van 1934 op de Hiswa, die van 6 tot 15 april van dat jaar in het toenmalige Rai-gebouw te Amsterdam werd gehouden, tentoongesteld.
Het motorjachtje werd als volgt beschreven:
Een Baby Motorkruiser van 6 x 2 meter.
Type kajuitboot met open cockpit. Mahoniehout met eiken constructiedelen.
Betimmering cockpit en kajuit in mahonie; twee slaapplaatsen in de kajuit. Buffetkastjes, tevens kookgelegenheid. Emmer WC, bergruimte, watertank.
Motor 12 pk Albin, geheel electrisch.
G. (Gerrit) Oud, de opdrachtgever van de “Kikker” was eigenaar van een kwekerij aan de Oosteinderweg 23 en daardoor de buurman van de twee broers De Vries en hun scheepswerf die gelegen was achter de huisnummers 25 en 27. Het stuk land waarop de kwekerij en de scheepswerf lagen, stond in vroegere tijden bekend als ‘Amerika”.
De “Kikker” lag in de zomer in de sloot naast de kwekerij afgemeerd en stond ’s winters in de winterberging op de werf.
Bouw van Baby Motorkruiser “Plasend”
Op 16 november 1935 werd op de werf in Aalsmeer begonnen met de bouw van een nieuwe Baby kruiser.
Het waren drie timmerlieden die het schip op stapel zetten, namelijk de twee broers Henk en Jan Kappelhof en de leerling timmerman Cees van Leeuwen. Uit de loonstaten valt op te maken dat het uurloon van de twee broers 55 cent bedroeg. Cees van Leeuwen verdiende per uur 8 cent.
Ook toen al ging de service erg ver! In het begin van april 1936 staat genoteerd dat timmerman Klaas Moenis een paar uur bezig is geweest om stootkussentjes in het schuitenhuis van de klant aan te brengen…
De tewaterlating vond plaats in de tweede week van april 1936. Als laatste post wordt vermeld dat in de week van 23 tot 29 mei 1936 monteur Dirk Waayman de starter heeft gedemonteerd en gesmeerd en de motor heeft vastgezet.
Daarna verhuisde de “Plasend” definitief naar het botenhuis van haar eigenaar in het Oosteinde van Aalsmeer. Hij betaalde ƒ 1600 voor zijn 6 meter lange motorjachtje.
Slot
Het is niet bekend hoeveel van de Baby Motorkruisers die door De Vries in Aalsmeer op de werf “De Vlijt” gebouwd werden, nog in de vaart zijn. De term ‘Baby motorkruiser’ werd ook door andere werven gebruikt, dat maakt identificatie soms nog extra moeilijk.
Er gaat een verhaal dat ooit een eigenaar van een oude Baby Motorkruiser zijn scheepje op de wal trok, waar het nog jaren als een enorme plantenbak heeft dienst gedaan.
“Tjad” , 2000, de laatste babymotorkruiser?
Zeker is in ieder geval dat er omstreeks het jaar 2000 nog één exemplaar, meer dan 60 jaar oud, in tamelijk goede staat op het water was te vinden.
Jammer genoeg is niet meer te achterhalen hoe de oorspronkelijk naam van dit schip luidde. Aan boord was nog het originele werfplaatje van scheepswerf “De Vlijt” aanwezig. De laatst bekende naam was: “Tjad” en haar laatste ligplaats was bij Krommenie.