Happy End
De ‘Aruna’ was het vierde en laatste zeilacht dat door De Vries werd gebouwd naar een ontwerp van de Amerikaan Al Mason. De drie voorgangsters vertrokken naar Amerika aan boord van schepen van de Holland Amerika Lijn, maar het laatste schip zeilde op eigen kracht naar haar bestemming. En juist daar leek het erg verkeerd te gaan, maar gelukkig bereikte de Aruna II toch veilig haar thuishaven aan de Middellandse Zee.
Gegevens
Het stalen kitsgetuigde zeiljacht van het type 50’ Mason Ketch had een lengte van15.50 meter en een breedte van 4.14 meter, de romp had een diepgang van 1.36 meter. Als het stalen midzwaard was uitgedraaid dan was de diepgang 2.24 meter. De romp was gedeeltelijk gelast en gedeeltelijk geklonken. Het grootzeil was gemaakt van Dacron met een oppervlakte van 38.16 m², de bezaan was 18.75 m² en de kluiver 35.30 m². Dek en opbouw waren van teakhout. De motor was een GM 56, 4-51 Diesel, 4 cilinders, en ongeveer 87 pk sterk.
Opdrachtgever
De opdracht voor de bouw werd in oktober 1954 door de Engelsman Ernest Wilkinson gegeven. Hij en zijn vrouw woonden in Florence in Italië. Wilkinson was een telg uit het geslacht van Wilkinson’s Swordmakers, onder andere fabrikanten van zwaarden en scheermesjes. Hij vond de ontwerpen van Al Mason prachtig en gaf opdracht om een 50 voets motorzeiljacht voor hem te bouwen. Op 15 oktober betaalde Wilkinson $ 2500 als voorschot aan de werf, maar er was nog niets, zelfs geen tekening …
‘…have hereunto set our hands this 15th day of October 1954, E. Wilkinson, H.S. de Vries…’
Op 15 oktober 1954 werd het contract gesloten waarin de bedoeling werd uitgesproken dat omstreeks 15 november de kiel gelegd zou worden. Achteraf gezien is deze afspraak een raadsel, want er was nog niet eens een ontwerp!
Bouwgeschiedenis
Pas eind december 1954 stuurde Mason zijn tekeningen naar Aalsmeer en daarna kon op 1 februari 1955 door de ijzerwerkers met de bouw van de stalen romp begonnen worden. Later, in de werkweek van 5 mei 1955, konden de timmerlieden aan de slag. Op 10 juni waren de dekken gelegd. Tijdens de bouw bezocht eigenaar Ernest Wilkinson samen met zijn vrouw Alice Elise Wilkinson verschillende keren de werf in Aalsmeer. Het werk moest flink opschieten want Wilkinson wilde nog voor de herfst van 1955 met zijn nieuwe schip naar Italië zeilen. Omdat hij lid werd van de ‘Italian Yacht Club’, moest op de spiegel, onder de scheepsnaam, de afkorting I.Y.C. worden geschilderd. Door allerlei omstandigheden liep de bouw steeds meer vertraging op en het duurde tot mei 1956 voordat de ‘Aruna II’ de werf kon verlaten.
Tekening van E.G. van de Stadt, Zaandam, van de “Pram” dinghy die op de “Aruna II” geplaatst werd
Proefvaart In het voorjaar van 1956 werd er proefgevaren op de Westeinderplas bij Aalsmeer. Daarvan zijn geen foto’s bewaard maar er werd wel een filmpje van gemaakt. Ton Offerman van Hanoff Videoprodukties Aalsmeer maakte van twee beeldjes uit deze film onderstaande unieke foto’s.
Vertrek
Zoals gewoonlijk werd het schip door werfschipper Jo van Laar naar Rotterdam bracht, ook deze keer werd hij weer bijgestaan door monteur Dirk Waayman. In de Veerhaven troffen de eigenaar en zijn bemanning de laatste voorbereidingen voor de zeereis naar Italië. Op zaterdag 9 juni, om 9 uur ’s morgens, vertrokken ze vanuit Hoek van Holland op weg naar de thuishaven. Helaas zou de reis maar van korte duur zijn. Wat was er gebeurd?
Een krantenbericht uit die dagen beschrijft de gebeurtenissen als volgt:
“Ter hoogte van Doesburg ontdekte de bemanning die bestond uit Mrs A. Wilkinson, haar echtgenoot de 53-jarige James Wilkinson, Engels ingenieur in ruste, een Duitser en een Hollander, dat het scheepje snel water maakte. Een Catalina-vliegboot van de opsporings- en reddingsdienst van de marine luchtvaartdienst, steeg op van het vliegveld Valkenburg. De Catalina leidde, toen het bootje was ontdekt, de loodsboot “Antares” van de loodsdienst uit Vlissingen er naar toe. Deze loodsboot bereikte de ‘’Aruna” omstreeks vijf uur en heeft in afwachting van de reddingboot uit Veere, de heer Wilkinson, die zeeziek bleek te zijn, aan boord genomen. De reddingboot “Maria Carolina Blankenheim “, die het in zinkende toestand verkerende jacht omstreeks half zes bereikte, nam de patiënt over van de loodsboot en arriveerde om acht uur in de haven van Veere. Vermoed wordt dat het scheepje bij het passeren van de “Banjaard”, een groep zandbanken voor de kust van Schouwen-Duiveland, op een zandbank is lek gestoten.”
Luchtfoto gemaakt vanuit de Catalina – vliegboot van de Kon. Marine, zaterdag 9 juni 1956. Rechts de loodsboot “Antares” en links de “Aruna II”
Slot
Na reparatie, die namens de werf door Cees de Vries, Jan Maarsen en Henk van de Beitel werd uitgevoerd en een inspectie door Lloyds, kon de “Aruna II” haar reis weer vervolgen. Eindelijk, op donderdag 28 juni 1956, vertrok de “Aruna II” vanuit Breskens richting Genua.
In hetzelfde jaar werd het jacht verkocht en werd de naam “Guya IV”, zie het hoofdtuk met deze titel.
Zeilplan van de “Aruna II” , tekening nr. S 3520-1, januari 1955, A. Mason
Zie ook: Van Kits tot Sloep
Zie ook: Advertentie Mason Ketch
Zie ook: Guya IV
Dear Sir, dear Madam,
Thank you so much for your website. My grandfather, Carlo Modespacher was the owner of GUYA IV.
I was so glad, and my mother too (the daughter of Carlo Modespacher), to read all the informations about the sailing boat where she spent so much time with her father. I have made some research, but I can’t find the boat anymore, nowadays. Have you got any information, where the boat can be today? My big dream would be to buy again the boat…
Thanks for everything.
Kind regards, Fleur Moscatelli Modespacher