Twee Regenbogen, 1942 en 1943

Regenboogklasse
In het werfarchief bevinden zich nog de originele tekeningen van  G. de Vries Lentsch van de “Amsterdamsche Scheepswerf G. de Vries Lentsch jr.” Klaverweg 5, Amsterdam. Later gevestigd aan de Grasweg in Amsterdam-Noord.
Gerard de Vries Lentsch, (1883-1973) won in 1917 met het ontwerp van de Regenboog de eerste prijs in een wedstrijd van het Watersportverbond. Er is overigens geen familiebetrekking tussen de scheepsbouwfamilies De Vries Lentsch uit Amsterdam en De Vries uit Aalsmeer.

Gegevens Regenboog
Lengte w.l. 8.00 m  lengte o.a. 5.18 m  ballastgewicht  745 kg
breedte  1.96 m  diepgang 1.10 m
zeiloppervlak grootzeil 28,0 m²,   genua  12,1 m²,  spinnaker 30,0 m².

IRIS, (78) de eerste Regenboog van De Vlijt

Op scheepswerf “De Vlijt” in Aalsmeer werden in totaal maar twee Regenbogen gebouwd. De eerste was bouwnummer 417, gemaakt van mahoniehout en werd in oktober 1942 opgeleverd aan de opdrachtgever uit Wassenaar. Na de meting werd het zeilnummer 78, de scheepsnaam was “Iris”.

Bouwgeschiedenis
De timmerlieden Henk van de Beitel, Klaas Moenis en Baus Verhoef begonnen in de werkweek van 18 tot 24 oktober 1941 met de bouw van deze Regenboog. Het houtwerk was gereed in de week van 2 tot 8 mei 1942. Bij de bouw waren ook verschillende ijzerwerkers betrokken, o.a. Gerard Pulleman, Dirk Boomhouwer en H. Reijngoud.
Het eerste schilderwerk begon in december 1941 door Jan de Vries en Giel Heystek. Later komen we ook de namen van de schilders Jan van Soest en Piet Vogelaar tegen.
In de week van 12 tot 19 juni 1942 werd de regenboog klaargemaakt en verliet de ”Iris” scheepswerf “De Vlijt” in Aalsmeer.

Kosten
De loonkosten voor bouwnummer 417 bedroegen ongeveer ƒ 645.
Het rondhout werd door de mastenmaker D. van der Neut uit Alphen aan den Rijn voor de prijs van ƒ 138,50 geleverd. Zeilmaker C. Hali, die zijn zeilmakerij had op het werfterrein van “De Vlijt”, tuigde de Regenboog voor ƒ 204,55, de zeilen kostten ƒ 135, 40.
De mallen die nodig waren voor de bouw, huurde de werf bij het Centraal Bureau voor de Watersport voor ƒ 25.
Waarschijnlijk was in dit bedrag het officiële ‘meetloon’ inbegrepen, er is daar in ieder geval geen aparte rekening van te vinden. De eigenaar betaalde in oktober 1942 ƒ 2630 voor zijn nieuwe Regenboog

Bijzonderheden
Dankzij de stamkaart van de Regenboogklasse is de levensloop van Regenboog 78 vanaf 1942 tot op heden precies te volgen.
Enkele jaren geleden werd het zeiljacht door Jachtservice Theo de Vries in IJlst in samenwerking met R. Gerard gerestaureerd en in 1999 weer te water gelaten.
De tegenwoordige naam is “Stars in Heaven” en twee eigenaren zeilen met hun bemanning regelmatig in de grote wedstrijden mee.

MY HOBBY, (86) de tweede Regenboog van De Vlijt

Deze Regenboog kreeg op de scheepswerf het bouwnummer 432 en was de tweede en laatste Regenboog die op “De Vlijt” gebouwd werd. Dit zeiljacht werd in 1943 gemaakt van eikenhout voor een Amsterdamse opdrachtgever. Tegelijk met deze Regenboog werden voor hem ook drie roeibootjes en een twaalfvoetsjol en gebouwd, onder respectievelijk bouwnummer 438 en 439. De twaalfvoetsjol bestaat overigens ook nog steeds.

Bouwgeschiedenis
Met de bouw van de Regenboog werd op 23 november 1942 begonnen door de timmerlieden Henk van de Bijtel en Klaas Moenis. In de werkweek van 10 tot 16 april 1943 was het zeiljacht gereed en verliet het schip de werf.
Zoals bij meer schepen voor deze eigenaar het geval was, kreeg ook de Regenboog de naam “My Hobby”. Na de meting kreeg de Regenboog zeilnummer 86.

Kosten
Van enkele posten van dit schip zijn de prijzen nog bekend, bijvoorbeeld: hout ƒ 682,40, verf ƒ 200 en de magazijnkosten waren ƒ 326,80.
Ook nu weer werd het rondhout bij de firma Van der Neut in Alphen aan den Rijn gemaakt voor de prijs van   ƒ 139,50. Zeilmaker C. Hali uit Aalsmeer maakte het tuig en het zeil voor ƒ 357. Als ‘extra’ werd een reddingboei geleverd voor de prijs van ƒ 10. Aan het Watersportverbond werd ƒ 25 betaald als meetloon. De loonkosten voor dit schip bedroegen ƒ 748,38.
Baas timmerman Klaas Moenis, die in 1942 de leeftijd van 37 jaar had, verdiende in die jaren een uurloon van zestig en een halve cent. Het factuurbedrag voor de opdrachtgever was ƒ 3178,30.

Bijzonderheden
Toen Ido Poelman Regenboog 86 kocht, was de huid bekleed met rood koperen platen.
De bodem, dek, kielbalk en doodhout waren verrot. Tot 1997 is hij met behulp van Tom Menger Scheeps- en Interieurbetimmering in Zaandam aan het restaureren geweest.
Na een restauratie van ongeveer 5 jaar werd de Regenboog op 28 juni 1997 door Tom de Vries, directeur van Koninklijke De Vries Scheepsbouw en kleinzoon van H.S. de Vries, (her)doopt in Uitgeest.
Ook van deze Regenboog, die tegenwoordig “de Zaan” heet is de levensloop op de stamkaart precies te volgen. De eigenaar is regelmatig met zijn prachtige zeilschip bij verschillende grote wedstrijden te vinden.

Juli 2009, ontmoeting van Regenboog 78 en 86 tijdens de Kaagweek