Visbootje…
Zoveel viel er nog niet te bouwen op de scheepswerf in het jaar 1949. Dus elke opdracht, hoe klein ook, werd met beide handen aangepakt. In de zomer van dat jaar informeerde de heer Arthur van de Poll, agent van de Nederlandsche Handelsmaatschappij, naar een klein, houten visbootje. Zijn standplaats was Djedda (Saoedi Arabië) aan de Rode Zee. Er werden wat schetsjes uitgewisseld en 12 juli 1949 gaf Van de Poll opdracht om voor hem een visboot van het type schouw te bouwen.
Visboot, model Schouw ontwerp Scheepswerf De Vlijt
tekening C.J. (Cees) de Vries
Het scheepje werd gemaakt van 25 mm dik teakhout en moest afgeleverd worden met rondhout, zeilen, roer en zijzwaarden. De kurven (spanten) werden van 40 mm dik teakhout. De lengte over alles was 5.20 m en de breedte 1.50 meter. De romp werd witgeschilderd met daarop een blauwe bies. De zeiloppervlakte bedroeg 9 m².
Bouwgeschiedenis
Scheepstimmerman Klaas Moenis begon in de werkweek van 15 tot 19 augustus met de bouw en ongeveer zes weken later, op 26 september was de schouw gereed. Zeilmaker C. Hali maakte de zeilen en de tuigage en hij rekende daar ƒ 153 voor. In totaal kostte de visboot ruim ƒ 3200. De ‘Coventry Victor’ buitenboordmotor van 6 pk werd door Van de Poll in Engeland besteld en arriveerde net op tijd om samen met de schouw naar Djedda vervoerd te worden.
‘Super Speed Vibrationless Four-Stroke Outboard Engine’
Verscheping
Als medewerker van de Ned. Handelsmaatschappij had Van de Poll met de Nederlandse rederijen goede relaties. Omdat het seizoen van de pelgrimsvaart naar Arabië omstreeks september begon, wist hij dat verschillende Nederlandse pelgrimsschepen in die tijd zonder vracht vanuit Amsterdam of Rotterdam naar onder andere Djedda vertrokken. Van de Poll wilde zijn schouwtje “onder dek” op een dergelijk schip naar Djedda laten vervoeren. In die tijd werkten de Stoomvaart Maatschappij “Nederland”, de Koninklijke Rotterdamsche Lloyd en de Nederlandsche Stoomvaart Maatschappij “Oceaan” samen op het gebied van pelgrimsvervoer, ze gebruikten zelfs een speciaal daarvoor gemaakt briefhoofd.
Het m.s. “Tabian” (8150 brt. 1930 – 1962) van de Stoomvaart Maatschappij Nederland (S.M.N.) vervoerde de schouw naar Djedda, gratis! Het schip vertrok op 22 oktober 1949 vanaf de Javakade in Amsterdam.
Slot
De schouw arriveerde zonder problemen in Djedda. In een brief van 14 november 1949 schreef Van de Poll dat hij het een mooi scheepje vond, maar dat hij er nog niet mee had kunnen zeilen wegens het ontbreken van wind. De motor vond hij ‘loederig’ zwaar, hij was bang dat zijn schouw te ver achterover zou gaan liggen.
Als antwoord hierop verzuchtte de werfdirectie in een brief van 5 december dat het toch maar erg ongelijk verdeeld was. “Wij hebben hier te veel wind, Zaterdag en Zondag was er een windsnelheid van 100 tot 120 km per uur. Wij zullen hopen dat hiervan wat naar U toewaait. “